In deze nieuwsbrief

  • Stel je vraag aan de Veldnorm
  • Vraag en antwoord

In deze nieuwsbrief besteden we aandacht aan veelgestelde vragen. Een overzicht van veel gestelde vragen is ook te vinden op onze website.

In februari houden we een ronde om vragen te stellen over de Veldnorm. Het is via het onderstaande formulier mogelijk om uw vraag te stellen. Dat kan tot 21 februari 2022. De antwoorden op de vragen worden begin maart gepubliceerd op de website. Indien er voldoende animo is zal er een aparte online sessie worden georganiseerd waar de vragen besproken worden.

Stel je vraag over de Veldnorm Evenementenzorg via het formulier.

Vraag en Antwoord

Hieronder staan een aantal recent gestelde vragen. Een overzicht van alle gestelde vragen is te vinden op onze website: Veelgestelde vragen (FAQ).

Wanneer ben je nu ‘evenementenhulpverlener’ of ‘evenementenzorgverlener’?
De basis voor iedere eerstehulpverlener op evenementen is een geldig diploma of certificaat Eerste Hulp dat voldoet aan de Nederlandse Richtlijnen Eerste Hulp (NREH). Hiermee kan je worden ingezet in zorgniveau Basis Eerste Hulp.
Voor inzet in zorgniveau Evenementen Eerste Hulp zijn extra competenties nodig, die beschreven zijn in Hoofdstuk 5.1. Dit betreffen met name competenties die passen bij de inzet op grotere evenementen waarbij ook samengewerkt wordt met de hogere zorgniveaus. Deze competenties kunnen worden aangeleerd na het volgen van een specifieke cursus, maar kunnen ook binnen de EZO worden aangeleerd door bevoegde (gast)docenten. De competenties dienen te worden vastgelegd.
Het is een misvatting dat voor het zorgniveau Evenementen Eerste Hulp handelingen uit categorie 2 en 3 noodzakelijk zijn. Deze handelingen kunnen aanvullend worden aangeleerd en toegepast binnen een EZO om beter aan te sluiten aan de hogere zorgniveaus.

Wat is nu het verschil tussen de zorgniveaus en de categorieën?
In hoofdstuk 4.1 staan de verschillende zorgniveaus binnen de evenementenzorg beschreven en in hoofdstuk 4.4 staan categorieën interventies beschreven. Wat is nu precies het verschil?

In een zorgniveau is beschreven wat minimaal de complexiteit van zorg is die binnen dat niveau geleverd wordt. Dat wil zeggen: over welke aantoonbare competenties een zorgverlener (zowel een eerstehulpverlener als een zorgprofessional) tenminste moet beschikken om binnen dat zorgniveau te kunnen werken op een evenement. Competenties worden onder andere aantoonbaar gemaakt door diploma’s, certificaten en indien van toepassing een bekwaamheidsverklaring. Er wordt als het ware een ondergrens beschreven. Voldoet de zorgverlener niet aan de eisen dan kan hij niet op dit niveau worden ingezet.

Een categorie interventies beschrijft welke handelingen een zorgverlener wel of niet mag uitvoeren en onder welke voorwaarden hij dat mag. Het doel van deze indeling is om te voorkomen dat risicovolle- of voorbehouden handelingen worden uitgevoerd door zorgverleners die niet bekwaam en niet bevoegd zijn. Niet bekwaam maakt per definitie niet bevoegd. Het beschrijft als het ware een bovengrens. Voor sommige interventies geldt dat je (aantoonbaar) bekwaam kunt worden na het volgen van een scholing waarbij een bewijs van bekwaamheid (een diploma of certificaat) wordt verstrekt. Voor sommige handelingen geldt dat ze alleen uitgevoerd mogen worden door zorgprofessionals die daartoe in hun dagelijkse praktijk ook bekwaam en bevoegd zijn.

Voor eerstehulpverleners geldt dat zij, na het volgen van een scholing en nadat zij bekwaam zijn verklaard, handelingen uit categorie 1 en 2 zelfstandig mogen uitvoeren. De metingen uit categorie 2 mogen zij dan zelfstandig uitvoeren, maar de waarde interpreteren mogen zij niet en moet altijd overlegd worden met een zorgprofessional.
In categorie 3 worden risicovolle ondersteunende medische interventies beschreven. Dit zijn handelingen die bij ondeskundig uitvoeren risico kunnen geven op letsel bij de zorgvrager. Eerstehulpverleners mogen deze handelingen alleen assisterend uitvoeren als zij aanvullend gecertificeerd. Deze handelingen mogen eerstehulpverleners alleen uitvoeren als zij daartoe de opdracht hebben gekregen van een (functioneel of zelfstandig) bevoegde zorgprofessional. De zorgprofessional is eindverantwoordelijk voor de uitvoering van de handeling moet hierop toezien (directe supervisie). De eerstehulpverlener mag handelingen uit categorie 3 niet zelfstandig en zonder supervisie uitvoeren. Handelingen in categorie 3 worden in principe alleen uitgevoerd binnen een EZO-Medisch en op evenementen waar zorgprofessionals zijn ingezet. De Medisch Manager Evenementenzorg moet een bekwaamheidsverklaring afgeven als er door eerstehulpverleners handelingen uit categorie 3 verricht worden.

Handelingen in categorie 4 en 5 betreffen medische risicovolle- en voorbehouden handelingen. Deze handelingen mogen alleen worden uitgevoerd door een bekwaam en bevoegd zorgprofessional zoals die in de Wet BIG genoemd worden als beroepsbeoefenaar. Eerstehulpverleners zijn per definitie niet bevoegd om deze handelingen uit te voeren, ook niet als zij hiervoor een scholing gevolgd hebben.

Hoe zit het met certificaten voor categorie 2 en 3 handelingen?
Na de introductie van de VNEZ zijn er diverse opleidingen gestart waarin certificaten voor categorie 2 en 3 handelingen behaald kunnen worden. Vanuit de VNEZ wordt er geen verschil gemaakt in categorie 2 of 3 hulpverleners. De VNEZ kijkt naar zorgniveaus. Voor eerstehulpverleners zijn er twee zorgniveaus: Basis EHBO en Evenementen EHBO. In zorgniveau Basis EHBO worden alleen handelingen uit categorie 1 uitgevoerd (dit zijn competenties zoals beschreven in Hoofdstuk 8.1, passend bij een diploma of certificaat eerste hulp). In zorgniveau Evenementen EHBO kunnen door eerstehulpverleners handelingen uit categorie 2 en 3 worden uitgevoerd, mits zij hiertoe aantoonbaar bekwaam zijn. Hierbij geldt te allen tijde dat voldaan moet worden aan de eisen zoals beschreven in hoofdstuk 4. Voor de uitvoering van handelingen in categorie 3 geldt dat deze altijd in samenwerking met en onder verantwoordelijkheid van een zorgprofessional worden uitgevoerd. Dit betekent dat deze handelingen dus binnen een EZO-Medisch worden uitgevoerd en dat deze dus vooral passen bij evenementen waar naast de Eerste Hulp zorgniveaus ook hogere zorgniveaus, zoals Spoedzorg, Medische zorg en Specialistische Spoedzorg, worden ingezet.

Let op: om te kunnen werken in zorgniveau Evenementen Eerste Hulp is het niet noodzakelijk om handelingen uit categorie 2 en 3 uit te kunnen voeren. Deze handelingen kunnen binnen de EZO aanvullend worden aangeleerd om beter aan te sluiten op de andere zorgniveaus die worden ingezet. De competenties die wel van toepassing zijn voor dit zorgniveau zijn beschreven in hoofdstuk 5.1.

Welke competenties heeft onze instructeur eerste hulp nodig?
Voor het zorgniveau Basis Eerste Hulp voldoet een instructeursdiploma voor het reguliere diploma of certificaat EHBO. Dit certificaat moet voldoen aan de Nederlandse Richtlijnen Eerste Hulp.
Voor het zorgniveau Evenementen Eerste Hulp kunnen aanvullende instructeurscertificaten nodig zijn om op te kunnen leiden in de competenties in Hoofdstuk 5.1. Dat kan bijvoorbeeld een certificaat voor Instructeur Evenementenzorg (of vergelijkbaar) zijn. Indien de instructeur hier niet over beschikt dan kunnen ook andere (gast)docenten worden ingezet die bevoegd zijn om deze competenties aan te leren. Extra competenties moeten worden vastgelegd door diploma’s, certificaten of getuigschriften. Het is op dit moment dus niet noodzakelijk om te voldoen aan de competenties in het zorgniveau Evenementen EH een aparte opleiding te volgen, de EZO-EH kan hiervoor zelf zijn zorgverleners scholen mits aan de voorwaarden wordt voldaan.

Weten de GHOR en de gemeente ook van de Veldnorm Evenementenzorg?
De GHOR is vanaf het begin bij de ontwikkeling van de VNEZ betrokken en in vrijwel alle regio’s wordt conform de VNEZ geadviseerd. Het evenementenadvies van de GHOR wordt in de meeste gevallen door de gemeentes overgenomen. Er is regelmatig contact met de GHOR over de VNEZ en de toepassing hiervan.

Wat stand van zaken met betrekking tot de nog uit te werken onderwerpen (hoofdstuk 8.1)?
Als gevolg van het coronavirus heeft de ontwikkeling van aanvullende richtlijnen stilgelegen. In 2022 gaat dit weer worden opgepakt. Hiervoor wordt begin van 2022 een nieuwe nieuwsbrief verzonden.

Op welk zorgniveau kunnen huisartsenpost chauffeurs worden ingezet?
Op dit moment vallen huisartschauffeurs niet onder het niveau Basiszorg. Het uitgangspunt van Basiszorg is dat de zorgprofessional op basis van zijn opleiding en dagelijkse praktijk in staat is om zelfstandig een wat uitgebreider (dan EHBO) oordeel te vellen over de toestand van een zorgvrager. Het gaat hierbij niet om aanvullende handelingen of assisterende handelingen, maar om uitgebreidere medische kennis en het beter kunnen inschatten of aanvullende professionele zorg wel of niet noodzakelijk is. Dit wordt in de veldnorm beschreven als prioritering van zorg (dat heeft raakvlakken met triage). In Basiszorg moet de zorgprofessional een medische opleiding hebben gevolgd en bevoegd en bekwaam zijn om metingen te interpreteren en aan de hand hiervan in te schatten welke verdere zorg nodig is (prioritering). De huisartschauffeur is hier niet voor opgeleid.

De huisartschauffeur voldoet derhalve op dit moment niet aan de eisen om te kunnen functioneren in het niveau Basiszorg.